De tirannie van de clowns

Het was na bijna vijf jaar wel een beetje een verslaving geworden. Zo gauw als vorige maand duidelijk was dat niet Trump maar Biden de Amerikaanse presidentsverkiezingen had gewonnen, had ik mijn browser ontdaan van alle bookmarks van Twitter-accounts die mij staat stelden van dag tot dag, of van uur tot uur desnoods, de wandaden en belachelijkheden van Trump bij te houden. Accounts van de weinige Republikeinen meestal, die niet wilden wijken voor de domheid, de kwaadaardigheid en de corruptie van Trumps presidentschap.

Het hoefde niet meer, het was voorbij, dacht ik op 4 november. En dat het voorbij is, denk ik nog, al heb ik een paar van die bookmarks weer hersteld. Er blijken immers nog een paar weken te gaan voor de machtsoverdracht, waarin Trump tegen alle schijn in blijft beweren dat hij eigenlijk gewonnen heeft en sommige van zijn aanhangers min of meer openlijk voor een al dan niet militaire staatsgreep pleiten. Pas na 20 januari, lijkt het, wordt Amerikaanse politiek weer gewoon, en een beetje saai.

Blijft natuurlijk de vraag hoe dit alles mogelijk is geweest. Het is niet zozeer dat Trumps politieke standpunten – inzake de Navo bijvoorbeeld, of Covid-19, of klimaatverandering – mij en bijna de gehele rest van de beschaafde wereld niet bevielen. Het punt is meer de grenzeloze domheid en onserieuze presentatie waarmee ze naar voren werden gebracht, en die er voor gezorgd heeft dat de Europese landen, Rusland en zelfs China de vier jaar van Trump voornamelijk uitgezeten lijken te hebben – met zijn Amerikaanse regering iets tot stand brengen, was op voorhand een hopeloze zaak.

Een Amerikaanse president die zich niets gelegen liet liggen aan bondgenoten, tradities, diplomatiek fatsoen, wetenschap of verstand – daar valt weinig mee aan te vangen. Trump had misschien nog het meeste weg van een clown, en dan een corrupte clown, die er op gebrand was zijn macht en gewin toe te spelen aan zijn familie en de kleine kring van vertrouwelingen die hem niet tegenspraken. Wel een erg on-humoristische clown trouwens. Het toppunt van Trump-humor was steeds het verzinnen van beledigende bijnamen voor degenen die hij – terecht of onterecht – als tegenstanders beschouwde.

Enfin, hopelijk is dit nu voorbij, althans voor de komende jaren. Trump zal het voor zijn inkomsten de komende jaren van zijn privé-activiteiten in de wereld van onbetrouwbare zakenlieden moeten hebben, net als vroeger. We zullen ongetwijfeld nog van hem horen, maar de situatie waarin deze schertsfiguur aan de hoofd stond van ’s werelds machtigste staat is voorlopig voorbij. Rest nog de vraag hoe dit mogelijk is geweest. Temeer daar Trump niet de enige clown is, die de wereldpolitiek onveilig heeft gemaakt of dat nog wil gaan doen. Donald Trump, Pim Fortuyn, Jair Bolosnaro, Boris Johnson, Matteo Salvini, Narendra Modi, Thierry Baudet en Volodymyr Zelensky – allen zijn of waren volksmenners die hun aantrekkingskracht ontlenen of ontleenden aan een voor gangbare politieke begrippen grotesk optreden.

Van een uitgewerkt politiek programma is daarbij maar hoogstzelden sprake. Er zijn hoogstens wat algemene noties over de politieke wereld waartegen zij zich afzetten: die is veel te aardig voor buitenlanders bijvoorbeeld, of het zijn allemaal zakkenvullers, of het zijn onverbeterlijke betweters die veel te moeilijk praten. Dat de clowns vervolgens – Trump is daarvan een pakkend voorbeeld – corrupter en politiek onmachtiger zijn dan de politici waartegen ze zich afzetten, lijkt aan hun aantrekkingskracht op een deel van hun electoraat geen afbreuk te doen. Integendeel bijna: juist de wanorde en crisis en ellende die ze veroorzaken, bewijst in de ogen van velen juist het gelijk van de clowns. Hun feilen vergroot hun populariteit – eventueel zelfs ‘ad absurdum’: dat een raaskallende Amerikaanse president Covid-19 in de VS vrij spel heeft gegeven, heeft niet verhinderd dat meer Amerikanen op hem stemden dan in 2016.

De Franse politicoloog Christian Salmon probeert in zijn ‘La tyrannie des bouffons’ voor dit verschijnsel een verklaring te zoeken. Grote delen van de mensheid, denkt hij, hebben het gevoel van controle over hun eigen welvaren verloren. De neoliberale economie degradeert de mens tot een radertje in een oncontroleerbaar groot geheel, de klimaatverandering ontwikkelt zich tot het gevoel een eindtijd te beleven, en algemeen leeft de gedachte dat alles er niet beter op wordt, terwijl de van het individu geëiste inspanning en conformisme aan maatschappelijke en economische normen toenemen. In reactie op zulke ontwikkelingen gaat een aanzienlijk deel van de stemmers niet op zoek naar een politicus die verbetering belooft, maar naar een belachelijke figuur wiens zelfverklaarde onmacht, onoprechtheid en onwetendheid de hopeloosheid bevestigt die zij in hun eigen leven percipiëren.

In de film ‘The Dictator’ maakte Charlie Chaplin Hitler belachelijk, in de gedachte daarmee afbreuk te doen aan de geloofwaardigheid van de dictator. Maar in de huidige constellatie is het bijna onmogelijk om door satire het optreden van groteske politici aan de kaak te stellen. Trump bijvoorbeeld is nauwelijks nog vatbaar voor satire – hij is al zelf die satire, waarbij je je overigens kunt afvragen of hij dat zelf ook zo ziet.

Max Weber onderscheidde drie gronden voor politieke legitimiteit: de wettelijk-rationale, de op traditie gebaseerde, en die welke op charisma berust. Trump valt eigenlijk onder geen van deze categorieën. Met tactieken ontleend aan de ‘reality-tv’ waaraan hij voor zijn presidentschap zijn bekendheid ontleende – eindeloze verwikkelingen zonder ontknoping – is hij er in geslaagd vier jaar in de schijnwerper te blijven – ook de mijne. Dat was kennelijk genoeg. Ook de echo-kamers van sociale media hebben daaraan zeer bijgedragen.

Trump heeft, alle opwinding van de afgelopen jaren ten spijt, in zijn ambtstijd nauwelijks iets tot stand gebracht. De Navo bestaat nog, om eens iets te noemen. Hoeveel schade hij heeft toegebracht aan de geloofwaardigheid van het democratisch systeem van de Verenigde Staten moet worden afgewacht. Er zijn er wel die vrezen dat Trump de weg heeft vrijgemaakt voor een toekomstige volksmenner die minder dom en primair, en minder clowns-achtig zou zijn, en zou kunnen slagen waar Trump nu zo grotesk faalt: in het onderuit halen van de democratie van Amerika bijvoorbeeld.

Mij lijkt dat gevaar echter bescheiden: de Trump-aanhang gaat juist voor de clowns-act en wil de clown alles vergeven, zelfs hun eigen ondergang. Aan een serieuze politicus met dictatoriële neigingen bestaat helemaal geen behoefte.

Om dezelfde reden denk ik ook dat de Nederlandse Thierry Baudet geen last zal hebben van het feit dat de afgelopen weken alle aspirant-politici uit zijn partij zijn weggelopen. De aanhang van Baudet ziet niets in ‘normale’ politici als Joost Eerdmans of Annebel Nanninga die – wat je ook verder van hun ideeën mag vinden – de indruk wekken politiek iets willen bewerkstelligen. Het gaat die aanhang juist om de geaffecteerde verschijning van Baudet, en zijn onsamenhangende gebabbel over quasi-gewichtigheden. De Baudet-stemmer ziet in de clowns-act zijn eigen miserie weerspiegelt. Dat is anno 2020 voldoende voor een politieke carrière.

Christian Salmon: La tyrannie des bouffons. Sur le pouvoir grotesque. Éd. Les liens qui libèrent, Parijs 2020.

Afbeelding: Amerikaanse bumpersticker (amazon.com).

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Blog op WordPress.com.

Omhoog ↑

%d bloggers liken dit: