
Dit is de tekst van een lezing op 7-11-2021 in Mediamatic, Amsterdam, in het kader van BEFtival.
Ontmoet Constance Quéniaux. Zij is geboren op 9 juli 1832 in Saint Quentin in Noord-Frankrijk en overleden op 7 april 1908. Ze was van eenvoudige afkomst, en buiten de echt geboren, maar ze heeft het ver gebracht in het leven. Vandaar ook dat ze hier is vereeuwigd door een van de beroemdste fotografen van haar tijd, Nadar. Haar carrière, die haar onder andere een eigen huis aan zee bij Deauville opleverde, was wel van een soort dat toen niet minder dan nu, eerzame burgers de wenkbrauwen deed fronsen. Van haar carrière geeft deze foto een betere indruk:

Juffrouw Quéniault was, zoals deze foto laat zien, een danseres en wel bij de Parijse opera, toen nog gevestigd in de Rue de Peletier. Ze werd lid van het corps de ballet toen ze dertien of veertien jaar was. Maar ze deed meer dan dansen. In een tijd van grote preutsheid in het openbare leven waren danseressen, net als toneelactrices, zeer gewild als seksuele objecten. Zij lieten immers in het openbaar de vorm van hun lichaam zien. Rijke mannen, in het geval van de Opera vooral leden van de Jockey Club, hadden tegen betaling toegang tot de coulissen van de Opera en legden daar contacten met de danseressen. ‘Biches’ werden die ook wel genoemd en deze praktijk Bicherie. Het ging in feite om een luxe vorm van prostitutie, waarbij de meisjes, meestal door tussenkomst van een soort impressarios – oudere vrouwen die ‘moeders’ werden genoemd – min of meer bestendige, betaalde verhoudingen aangingen met een of meestal meerdere mannen. ‘Courtisanen’ werden zulke vrouwen ook wel genoemd, vooral wanneer ze, zoals Constance hier, nogal succesvol waren in de Bicherie, oftewel luxe prostitutie. Dit alles vond overigens geenszins in het verborgene plaats, klanten vertoonden zich vaak in het openbaar met hun betaalde vriendin, en in de society werd geroddeld over wie nu weer met wie ging, en welke vooraanstaande heren samen nolens volens een vrouw moesten delen. U denkt nu misschien: waarom moet ik kijken naar een mij onbekende vrouw van twijfelachtige zeden uit de XIX-de eeuw? Maar U kent haar wel, als u zich ook maar een beetje interesseert voor XIXde-eeuwse schilderkunst. De Franse schilder Gustave Courbet heeft namelijk in 1866 een portret van haar geschilderd, dat een van de meest beruchte kunstwerken uit de geschiedenis is. Courbet noemde het ‘L’origine du monde’.

Dit portret is in commissie geschilderd, in opdracht van een Ottomaanse diplomaat die van 1864 tot 1868 in Parijs woonde: Khalil Bey (1831-1879). Hij kwam uit een vooraanstaande Egyptische familie, die hem als jongeman voor zijn opvoeding naar Parijs – destijds centrum van de beschaafde wereld had gestuurd. Zijn carrière maakt hij echter in het Ottomaanse rijk – hoofdstad Istanboel. In 1864 vertrok hij hals over kop uit Sint-Petersburg, waar hij ambassadeur was, naar Parijs. Wellicht hing dat samen met de risico’s die kleefden aan zijn roekeloze levenswijze: hij was een gokker – met paarden, aan de speeltafel en met vrouwen. Aldus maak je makkelijk schulden en vijanden.

.
Deze stijl van leven zette hij in Parijs voort. Hij bewoonde een riant appartement aan de destijds nieuwe, prestigieuze Boulevard des Italiens. En nog altijd verzamelde hij paarden, antiquiteiten en vrouwen. Juffrouw Quineault was een van zijn vaste minaressen. En hij verzamelde schilderijen. Hij bezat er meerdere van Courbet, niet allemaal van erotische aard trouwens. Courbet was een schilder die zich weinig aantrok van de academische opvattingen over kunst van zijn tijd – wat hem zowel veel kritiek als bewondering opleverde. In 1866 heeft Khalil Bey twee schilderijen besteld bij Courbet: l’Origine du monde en ook dit doek dat Le sommeil heete. In tegenstelling tot L’origine du monde is het in de tijd van zijn ontstaan met enige regelmaat te zien geweest. De tijdgenoten die het zagen, wisten over het algemeen precies wat ze zagen: twee vrouwen die, in de woorden van een tijdgenoten, “geen man nodig hadden’, zijn hier na de liefdesdaad ingedommeld.

Wat maakt deze schilderijen van Courbet zo speciaal, voor hun tijd? Naaktheid is in de kunst natuurlijk al een oud fenomeen – sinds de Griekse en Romeinse oudheid, kun je zeggen. Maar vooral sinds de introductie van het Christendom in de Europese cultuur is er in de kunsten vaak wel een probleem met naaktheid die expliciet verband houdt met seks, en ook al met lust trouwens. Naaktheid wordt dan meestal voorzien van een excuus, een alibi: de naakte man of vrouw is dan een Griekse god of nimf of sater, of een allegorie, voor de Vrijheid bijvoorbeeld, zoals in Delacroix’ beroemde ‘La liberté mène le peuple’. Het bijna revolutionaire in Courbets naakten is het ontbreken van zulke alibi’s, alsof naaktheid iets gewoons was – wat niet zo was. Een merkwaardig voorbeeld van deze benadering is ook het beroemde doek ‘L’atelier du peintre van Courbet uit 1857.

Courbets benadering is wel realistisch genoemd, maar aan dit doek bijvoorbeeld is weinig realistisch. Iedereen doet alsof het heel gewoon is, een naakte vrouw in een ruimte waarin iedereen verder gekleed is. Maar dat was het natuurlijk niet, en is het nu nog niet. Zo zie je maar weer – realisme is iets anders dan realiteit. Dit is niet altijd in dezelfde mate het geval geweest natuurlijk – in de XVIII-de eeuw was de kunst wat vrijmoediger in het tonen van lust, en – niet onbelangrijk in dit verband – werd het voor het eerst acceptabel dat vrouwen gingen schilderijen en van hun kunst gingen leven. Maar de Franse Revolutie maakte daar een eind aan. Deugd werd een belangrijk streven en libertijnse zeden en dito vrouwen gingen niet samen met de hoge idealen voor mens en burger. De burgerlijke, kapitalistische samenleving van de XIXde eeuw nam deze strenge ordening over. Lust moest worden genormeerd, en uit de publieke iconografie verdwijnen. En vrouwen werden niet meer toegelaten tot de Academie voor Schone Kunsten en andere officiële kunst-gremia. Seks en lust werden naar de ondergrondse pornografie-productie verbannen en de gedachte dat ze aan de muur van een museum zouden kunnen hangen was zo bizar, dat de tekenaar Victor Adam er in de jaren 1830 deze cartoon aan wijdde:

Zo zal het Louvre dus nooit worden. En zelfs hier bij Mediamatic vraag ik me af of de toeschouwers zich zo laten gaan als het meisje met de roze jurk in het midden van de afbeelding. Maar deze vrolijke tekening is natuurlijk niet bedoeld als een argument voor meer seks in de musea, maar om te laten zien wat er dan allemaal zou kunnen gebeuren. De maatschappelijke consensus op dit gebied, laat goed zien hoe uitzonderlijk de positie van Courbet was. Want Courbet was natuurlijk helemaal geen pornograaf. Hij was een erkende kunstenaar, en juist dat maakte de vleselijke aanwezigheid van de vrouwen in zijn schilderijen zo bijzonder. Hier, bij wijze van voorbeeld, Vrouw met papegaai, ook uit 1866.

Hoe seksueel dit doek is, laat zich aflezen aan een ander, eveneens beroemd en schandaleus schilderij uit dezelfde tijd, dat toevalligerwijs ook in het bezit was van Khalil Bey: ‘le Bain turque’ van Ingres.
:

In vergelijking met de naaktheid bij Courbet ogen deze vrouwen bij Ingres bijna saai en onschuldig. Ze zijn weliswaar geen Griekse godinnen of allegorieën, op veilige afstand in de ons vreemde Oriënt, waar de dingen nu eenmaal anders geregeld zijn dan in ons beschaafde Westen.
Heeft Constance Quéniaux echt geposeerd voor Courbet? Dat weten we natuurlijk niet, want Constance heeft haar leven lang haar mond gehouden, over haar minnaars en alles wat daar mee samenhing. Dat zij het is die we hier zien is pas sinds 2018 algemeen bekend. Een Franse litterator, Claude Schopp, was bezig met de uitgave van brieven van de Franse schrijver Alexandre Dumas fils, de auteur onder andere van de roman ‘La dame au camélia’ – toen hij stuitte op een onbegrijpelijke passage in een brief van Dumas aan de vrouwelijke succesauteur George Sand. Schopp werkte met een getypte transcriptie van de oorspronkelijke brieven, waarin sprake was van een ‘interview’ van juffrouw Quineault. Bij raadpleging van de originele brief bleek er echter geen interview maar ‘interieur’ te staan. In opdracht van de Turk, schrijft Dumas – geen vriend van Courbet om politieke redenen trouwens – dat Courbet de plek heeft verenigd waar die ‘Turk’ bij tijd en wijle zijn toevlucht zocht.
Dat is een belangrijk element en – vind ik – eigenlijk nogal ontroerend. Courbet heeft op l’Origine du monde dus niet zomaar een vrouwelijk geslachtsorgaan afgebeeld, ‘pour épater les bourgeois’, maar specifiek het lichaam van één bepaalde vrouw, in opdracht van een man die dit lichaam kennelijk dierbaar was. We weten dat Khalil Bey het schilderij had opgehangen in zijn ruim bemeten badkamer, achter een groen gordijntje, en dat hij het slechts zelden aan intieme vrienden heeft laten zien.
Dat neemt niet weg dat Courbet natuurlijk best nog meer bronnen kon hebben gehad voor zijn schilderij, dan het levende model alleen. We eten bijvoorbeeld dat hij in het bezit was van erotische foto’s van Auguste Belloc. Zoals deze wellicht, uit 1860:

Dit is een stereofoto, bedoeld om door een soort viewer te bekijken, waardoor er de suggestie van perspectief ontstaat. De foto is gemaakt met een zogeheten collodion glasnegatief, ingekleurd met doorzichtige inkt. Tot aan de ontdekking van die brief van Alexandre Dumas fils in 2018 werd vaak aangenomen dat Courbet alleen maar een foto kon hebben gebruikt. Er waren trouwens wel meer woeste conjecturen rond ‘lOrigine du monde’, zoals deze in 2013 in het Franse weekblad Paris Match.

De stelling hier is dus dat l’Origine du monde deel is geweest van een veel groter doek waarvan twee delen bewaard zouden zijn gebleven. Het hoofd dat je hier ziet is van een bekend Iers model, Joanne Hifferman, die op andere werken van Courbet voorkomt. Later onderzoek heeft uitgewezen dat l’Origine du monde wel ooit opnieuw gespannen is, maar nimmer aangesneden. Deze twee doeken – het is trouwens de vraag of die met het hoofd van Courbet is – hebben dus niets met elkaar te maken. Andere theorieën zijn bijvoorbeeld dat het doek niet naar een model geschilderd kan zijn omdat het anatomisch niet correct is: de houding van de linkerdij met name, en de afstand tussen de geslachtsdelen en de borsten. Geleerden zeggen dat te kunnen bewijzen , nadat zij met hun vrouwelijke kennissen hebben geprobeerd de houding van het lichaam na te bootsen. Maar ook hier geldt, lijkt me, dat realisme iets anders is dan realiteit. Courbet heeft geen medische afbeelding willen maken, maar kunst. Er is trouwens ook wel gezegd dat je kunt zien dat de vrouw zwanger is, en dat dat ook de titel van het schilderij verklaart.
.

Maar heel weinig mensen hebben l’Origine du monde gezien in de eerste eeuw van het bestaan van het schilderij. In 1868 raakte Khalid Bey financieel aan de grond, door al zijn escapades aan de speeltafel en de geweldige sommen die hiju uitgaf aan paarden en vrouwen en de hele rest. Hij moest Parijs verlaten, en zijn schilderijenverzameling kwam op een veiling terecht. l’Origine du monde komt echter niet voor in de veilingcatalogus. Het doek is separaat verhandeld, en onder een andere naam: Le château de Blonay. Dat is een ander, niet zo opmerkelijk schilderij van Courbet, hierboven te zien. Dit schilderij was gemonteerd voor l’Origine du monde, als een soort kistje. Als je het kasteel weg klapte, kwam het interieur van juffrouw Quéniaux pas tevoorschijn. De belevenissen van het doek na 1868 zijn een roman op zich: hij werd eigendom van een Hongaarse edelman die het meenam naar Boedapest en het aan het begin van de Tweede Wereldoorlog in veiligheid bracht door het in een bankkluis op te bergen. Daaruit werd het in 1945 geroofd door het Rode leger, maar later teruggekocht en weer naar Parijs gebracht.
In 1955 werd het gekocht door een beroemde psycho-analyticus, Jacques Lacan. Je zou van een psycho-analyticus wellicht een meer ontspannen omgang met seks hebben kunnen verwachten, maar ook voor Lacan ging dit doek kennelijk te ver om het gewoon aan de muur van de eetkamer te hangen. Hij vroeg aan de surrealistische schilder André Masson, die getrouwd was met zijn zus, om een nieuwe beschermende afbeelding te maken. Dat is deze:

Een nietsvermoedende bezoeker van Lacans huis zag een abstract schilderij, en had geen vermoeden dat zich daarachter iets heel anders bevond. Maar heel af en toe liet Lacan zijn Courbet zien. Hier is een foto hoe dat werkte:

Courbet stierf in 1877. Lacan stierf in 1981. Zijn tweede vrouw, Sylvia Bataille, een filmactrice, overleefde hem en ook zij hield l’Origine du monde uit het zicht, ofschoon zij bepaald geen preutse figuur was, zoals deze foto van haar van Denise Bellon uit 1934 laat zien.

Na de dood van Sylvia Bataille in 1993 kregen de kinderen uit de twee huwelijken van Lacan geweldige ruzie over de erfenis. l’Origine du monde wilde echter, gelukkig, niemand hebben. Het doek ging naar de Franse staat, om daarmee de erfrecht-belasting te voldoen. Na meer dan een eeuw kan iedereen die dat wil l’Origine du monde nu gaan bekijken – het hangt in het Musée d’Orsay in Parijs, samen met andere schilderijen van Courbet. Maar laten we nog één keer terug gaan naar Constance Quéniaux, met wier charmes dit hele verhaal is begonnen.

De meeste prostituees, ook als ze courtisanen worden genoemd, sterven arm, in de XIXde eeuw en naar ik vrees nog steeds wel. Zo niet Constance Quéniaux, in 1908. Zij leefde, heel comfortabel, in een huis aan de kust bij Deauville. Hoe ze dat had klaargespeeld weten we niet, in ieder geval was ze kennelijk verstandig omgegaan met de baten bij de verlening van haar gunsten aan vele, vele minnaars. Bij haar dood bleek zij ook een Courbet te bezitten en wel deze: Fleurs uit 1863.

Aan de rechterkant zijn camelia’s te zien, en de camelia stond symbool voor prostitutie. Hoe kwam Constance aan deze Courbet? Had ze die gekocht? Of gekregen van Khalil Bey? Of misschien gekregen van Courbet zelf, uit dank voor het poseren? Wij weten het niet. Van Constance Quéniaux zijn geen brieven of andere getuigenissen gebaard gebleven. De vrouw die de kunstgeschiedenis de meest beroemde seks heeft geschonken, blijft zelf gehuld in discretie, zo niet mysterie. Onderschat nooit een vrouw.
Bravo!
LikeLike